Ontbijt bij Farr Bay Inn
Vannacht sliepen we heerlijk in Farr Bay Inn, waar het rustig en donker was. We stonden op en gingen ontbijten voordat we aan de rit Bettyhill – Lochinver zouden beginnen. Het tempo van de keuken lag ook vanavond niet erg hoog, maar omdat we geen grote haast hadden hinderde ons dat beslist niet. We kregen een voortreffelijk ontbijt. Daarna pakten we de laatste spullen in en maakten ons klaar voor vertrek.
Strandwandeling Farr Bay Beach
Nadat we afgerekend hadden besloten we eerst een korte strandwandeling te maken. Het was vanmorgen prachtig weer met een helderblauwe lucht en aangename temperaturen. Het strandje dat bij het hotel hoort, ligt op een minuut of vijf lopen vanaf de parkeerplaats bij de Inn. We liepen door de duinen en bereikten het typisch Schotse strand: het uiteinde van een baai is in de loop der eeuwen gevuld met zand, zodat er een prachtig strandje is ontstaan, waar mensen vaak gebruik van maken.
We liepen naar de vloedlijn en daarna via het andere pad terug naar de auto. Daarna begonnen we serieus aan de etappe Bettyhill – Lochinver. Farr Bay Inn is formeel gevestigd in Bettyhill, hoewel het gehucht Farr niet ver van de Inn af ligt.
We reden Bettyhill door, draaiden van de kust af en begonnen meteen te stijgen. Vanaf nu zouden we het landbouwgebied achter ons laten en vooral door ongerepte natuur rijden, hoewel menselijke aanwezigheid op veel plaatsen zichtbaar was. Het landschap boven Bettyhill was vooral begroeid met heide en opnieuw zagen we heel veel gaspeldoorn, die in dit jaargetijde het landschap prachtig geel kleurt.
Kyle of Tongue
Na enige tijd arriveerden we bij Tongue, een dorp dat aan de Kyle of Tongue ligt. De Kyle is een diepe inham in de kust waarin een riviertje uitmondt. In de Kyle is de werking van het getij zichtbaar. Over de Kyle of Tongue is een brug gebouwd, maar het is leuker om de oude weg te volgen, die over een smal baantje langs de Kyle landinwaarts slingert en pas helemaal achterin het riviertje oversteekt.
Nadat we de Kinloch River waren overgestoken, begonnen we terug te rijden naar het noorden aan de andere kant van de Kyle. Het weggetje aan deze kant was nog smaller en minder goed onderhouden, maar met deze fraaie weersomstandigheden hadden we daar geen hinder van.
Aan het eind van de ‘oude’ weg om de Kyle konden we de brug en de dam met de nieuwe weg over de Kyle zien liggen. Even later draaiden we deze weg weer op en vervolgden onze rit naar het westen.
Rond Loch Eriboll in de richting van Durness
Nadat we Tongue achter ons hadden gelaten staken we de landtong over tot we af konden dalen naar Loch Eriboll. Deze zeearm lijkt wel wat op de Kyle of Tongue, maar is veel breder en kennelijk ook dieper. We zagen er althans minder drooggevallen plaatsen.
We reden geruime tijd langs deze uitgestrekte zeearm, eerst naar het zuiden en nadat we het zuidelijkste punt hadden bereikt draaiden we naar het noorden. In dit Loch zagen we diverse viskwekerijen, maar nergens was de viskweek zo uitgebreid en grootschalig als ik wel in de Noorse fjorden heb gezien.
Nadat we de Atlantische kust weer hadden bereikt was het niet ver meer naar Durness, maar eerst kwamen we langs Smoo Cave, een bezienswaardigheid die op ons lijstje stond.
Smoo Cave
We wilden eerst lunchen en vonden na enig zoeken Smoo Cave Hotel, dat pas later vanmiddag open zou gaan voor diner. We maakten daarom gebruik van een prima alternatief: op de parkeerplaats voor Smoo Cave stond een keet waar prima sandwiches en koffie werden bereid. Het was inmiddels zo warm dat we onze lunch in het zonnetje konden eten.
Daarna liepen we naar de grot. Het bijzondere van Smoo Cave is het feit dat een riviertje door het dak van de grot omlaag stort in een waterval en vervolgens verder de grot uitstroomt.
We liepen langs het goed onderhouden pad naar beneden en gingen de grot in tot waar je niet verder mag zonder te betalen. De waterval is kosteloos te bereiken. Als je mee wilt met een excursie in een bootje de grot in moet je betalen.
Vroeger is de grot bewoond geweest in tijden van gevaar. Mensen trokken zich dan over het water diep in de grot terug waar kennelijk weer drogere delen te vinden zijn om langere tijd te verblijven. We verlieten de grot en na een blik op de Oceaan gingen we terug naar de auto.
Via Durness naar het zuiden
Vanaf Smoo Cave reden we verder naar Durness, waar we als snel aankwamen. Daarna draaiden we af naar het zuiden en reden we op Scourie aan. We staken nu een schiereiland over en zagen daardoor geruime tijd geen zee, maar de landschappen maakten dat meer dan goed. Ook vandaag verbaasden we ons over de afwisseling van de verschillende landschappen. Binnen een halfuur tijd kun je door enkele totaal verschillende omgevingen rijden, zodat het nergens saai of eentonig wordt.
En al zagen we de zee dan een tijdje niet, water was steeds dichtbij in de vorm van kleinere en grotere meertjes en meren. Het viel ons op dat er nauwelijks tot geen activiteit op de meren was. Watersport hebben we op de meren niet gezien. Begrijpelijk wellicht als je bedenkt hoe afgelegen de meren liggen en dat er genoeg open water beschikbaar is.
Via Kylesku naar Drumbeg
We naderden Kylesku, waar we even pauzeerden op de parkeerplaats bij Assynt Viewpoint. Ook hier bood het landschap veel moois, dat gewoon vanaf de weg te genieten was.
We vervolgden onze weg en draaiden even na Unapool de hoofdweg af voor de kustroute naar Lochinver. We kwamen nu weer op een smal weggetje met uitwijkplaatsen. Het was gelukkig niet druk met auto’s waardoor we aardig door konden rijden en genoten van het afwisselende landschap.
We reden nu naar het westen tot we weer bij de Oceaan waren. Bij Drumbeg, een dromerig plaatsje met schapen tussen de huizen, parkeerde we even op een prachtig plekje met uitzicht op zee.
Van Drumbeg naar Lochinver
We begonnen nu aan de laatste mijlen van deze dag en reden langs de kust terug landinwaarts tot we bij Lochinver aankwamen. We reden door de heuvels en vlak voor onze bestemming daalde de weg steil naar beneden tot in het havenstadje Lochinver.
We zochten ons onderkomen voor de nacht op. Deze B&B heette Caisteal Liath, naar de berg die tegenover de baai zichtbaar was. John liet ons een prachtige kamer zien en adviseerde ons een restaurant voor het avondeten.
In Caisteal Liath
We pakten wat spullen uit, belden naar restaurant Delilah’s om een tafeltje te reserveren en gingen even later op pad om te eten. Het uitzicht uit de B&B was fantastisch. We keken op de haven, zagen de rij huizen langs het water en daarboven de bergen.
Bij Delilah’s kregen we een goede maaltijd in een levendig restaurant, waar behalve de gasten ook de kinderen van de eigenaar aanwezig waren en speelden onder de trap. Ondanks de licht chaotische toestanden lukt het wel om een goede burger voor ons klaar te maken en binnen redelijke tijd te serveren.
Daarna reden we terug naar ons verblijf en genoten na van deze schitterende dag.
Afgelegde afstand: 185 km