Van Kapelle naar de Duitse grens
Op woensdag 28 oktober vertrok ik omstreeks 11:00 uur bij mooi weer en aangename temperatuur (ca. 14 C.) over de A58 in oostelijke richting. Net over het Schelde-Rijn-Kanaal sloeg ik rechtsaf, de A4 op, die over de Belgische grens verder gaat als A12, richting Antwerpen. Daar ging ik linksaf en verder over de A13 in de richting van Luik. Het was prachtig weer en in het noorden van België steeg de temperatuur zelfs nog een graadje. Tot een eindje voorbij Luik bleef het landschap vlak en in hoofdzaak agrarisch.
Ter hoogte van Herve sloeg ik rechtsaf, richting Verviers. Vanaf dat moment reed ik de heuvels in en dat bleef zo. De Ardennen vertoonden al mooie kleuren, hoewel de herfst nog niet volledig had ingezet. De weg slingerde langs Malmedy en St. Vith in zuidoostelijke richting door de heuvels, de Duitse grens over, waar het wegnummer veranderde in 60.
Bezoekje aan Klausen
Het eerste stuk in Duitsland reed ik over een tweebaansweg, met af en toe in beide richtingen een extra baan om te kunnen passeren. Op een gegeven moment werd de weg vierbaans en daar kon ik doorblazen. Bij Kreuz Witlich draaide ik rechtsaf Rt 1 op, waaraan de stad Trier ligt. Omdat ik ook wat van de Moezel wilde zien, ging ik al vrij snel van de snelweg af en reed naar het zuiden, naar Klausen.
Klausen is een aardig dorp in de Eifel met een fraaie Wallfahrtskirche in een omgeving waar vroeger een klooster heeft gestaan. Vlakbij de kerk parkeerde ik en liep daarna wat rond in het dorp en bekeek de kerk.
Van Klausen naar Piesport
Na de wandeling door Klausen, vertrok ik in zuidelijke richting door de bossen in de richting van het dorp met de weidse naam Piesport, dat in een bocht van de Moezel ligt. Vanuit Klausen reed ik eerst heuvelopwaarts en daarna steil via enkele haarspelden door de wijngaarden naar beneden. Bovenop de heuvel was een parkeerplaats vanwaar ik een mooi uitzicht had op dit wijndorp en de hellingen met de wijnstokken.
Nadat ik beneden aangekomen was, reed ik de brug over en parkeerde mijn auto, waarna ik terugliep naar de andere kant van de rivier en wat foto’s maakte van de Moezel, van het aardige kerkje en van de fraaie noordelijke oever met de wijngaarden. De herfst was begonnen, maar ook hier nog duidelijk niet op zijn top, gezien de vele groentinten op de wijnhellingen en het volle bladerdak van alle bomen.
Van Piesport naar Trier
Na een kop koffie op vrijwel leeg terras van een restaurant in Piesport reed ik verder naar Trier. De weg liep hier steeds in de buurt van de rivier door de wijngaarden heen. Nog niet overal waren alle druiven geoogst, op enkele plaatsen was men nog volop bezig met de druivenpluk, terwijl op andere plaatsen werd gewerkt aan de verzorging van de wijnstokken. Uiteindelijk kwam ik in de buitenwijken van Trier, waar ik de weg naar de Petrisberg koos om mijn hotel op te zoeken.
Ik had een kamer geboekt in Hotel Petrisberg, op de gelijknamige heuvel aan de zuidkant van Trier. Vandaar had ik een schitterend uitzicht over de stad. Ik reed terug naar de stad om een rondje te lopen en wat te eten, waarna ik terug naar het hotel ging om te slapen. Het uitzicht op de stad was inmiddels sterk verminderd door neerdalende nevels die steeds dikker werden.