Van Berghaupten door het Zwarte Woud naar Bazel
Vannacht sliepen we redelijk goed, ondanks de hoge temperaturen in Berghaupten. Onze kamer was voorzien van voldoende ramen die open konden, zodat we de vertrekken door konden laten waaien. Gisteravond was er nog lang rumoer van mensen die buiten zaten te genieten van de zomeravond, maar uiteindelijk werd het echt stil in Berghaupten. Vanmorgen werden we dan ook uitgerust wakker om aan onze rit van Berghaupten naar Eischoll te beginnen.
Voordat we vertrokken gingen we eerst ontbijten in de ontbijtzaal van het hotel. Er stond een uitgebreid buffet klaar met typische Duitse ontbijtproducten. Op verzoek maakte de ontbijtdame een eitje naar keuze klaar. We ontdekten op Internet dat er gisteren een grote brand had gewoed in een huis in een dorp aan de andere kant van de heuvel. Nadat we genoeg gegeten hadden, pakten we onze spullen in, brachten alles in de auto en rekenden af.
We keken even in de Pfarrkirche die naast het hotel stond en zagen dat de kerk een modern gebouw was, uitgevoerd in beton. Daarna gingen we op pad. We reden stuk door het Zwarte Woud, voordat we verder zouden rijden via de snelweg. De route voerde naar Haslach, Elzach en vandaar naar Gundelfingen bij Freiburg im Breisgau, waar we doorstaken naar Autobahn 5, waarover we naar Bazel reden.
Op de Autobahn was het rustig, we konden lekker doorrijden op de stukken waar geen maximumsnelheid gold. Grote delen van dit traject bleken een maximumsnelheid van 120 km/u te hebben. Rond 11:30 kwamen we bij Bazel aan. We reden langs een kilometerslange file van vrachtwagens die op de grenspassage stonden te wachten, maar konden zelf zonder noemenswaardig oponthoud de grens oversteken en Zwitserland binnenrijden.
Van Bazel naar het meer van Genève
We vervolgden onze weg in de richting van Bern. Rond Bazel doet het wegennet altijd wat rommelig aan, maar alles is goed aangegeven en ook nu reed het verkeer in een rustig tempo lekker door. Het duurde niet lang of we lieten de industrie en bebouwing van Bazel achter ons en begonnen door de Jura te rijden. Daarbij kwamen we enkele bekende tunnels tegen, waarvan de Belchentunnel opviel omdat we daar door een nieuwgebouwde tunnelbuis reden.
Aan de andere kant van de Jura reden we voorspoedig door het Berner Mittelland, tot we bij Raststätte Grauholz Nord stopten om daar te pauzeren. We bezochten het toilet, haalden een bak koffie en aten de resterende broodjes van gisteren op.
We vervolgden onze weg in de richting van Fribourg, waarna we bij Vevey afdaalden naar het meer van Genève dat er prachtig bijlag in het zomerlicht.
Via Sierre naar Eischoll
We reden en stuk langs het meer en gingen toen het Rhônedal in. De thermometer in de auto gaf steeds waarden van boven de 30 graden aan, maar in de auto was het met airco goed te doen. Bij Martigny draaiden we naar het oosten en begonnen aan het laatste deel van de reis.
Zoals altijd trokken de heuvels bij Sion onze aandacht en ook deze keer lukte het om vanuit de auto een acceptabele foto van Valère en Tourbillon te maken.
Toen we Sion eenmaal gepasseerd waren, was het niet ver meer naar Sierre, waar we even stopten bij de Lidl om boodschappen te doen voor vanavond en morgen. Daarna reden we langs de noordkant van het Rhônedal, over de ‘nieuwe’ weg naar Susten.
Daarna was het maar een eindje naar Turtmann, waar we rechtsaf sloegen en de berg op reden naar Eischoll. Daar vonden we Haus Enzian, waar we voor de komende weken een appartement hadden gehuurd. Het inchecken via een sleutelkastje verliep probleemloos, waarna we het huisje bekeken en in etappes alle spullen uit de auto naar boven brachten.
Vanaf het balkon hadden we al een eerste prachtige uitzicht over het Rhônedal in de richting van Visp en Brig. Het was nog behoorlijk warm op deze hoogte en we namen ons gemak ervan en haastten ons niet.
We aten voor de eerste keer ijsbergsla en konden na het eten nog even lekker buiten zitten, waar het maar langzaam afkoelde.
Mooie dag gehad!