Op de fiets naar het station in Bullay
Na ons stadsbezoek aan Cochem van gisteren wilden we vandaag fietsen van Cochem naar Merl. Na diverse afwegingen hadden we besloten dat het handig zou zijn eerst met de trein naar Cochem te rijden en dan terug te fietsen in plaats van de omgekeerde volgorde. We zouden nu in de middag niet afhankelijk zijn van een trein, maar in eigen tempo los van eventuele dienstregelingen kunnen fietsen.
We ontbeten op de gebruikelijk manier, met broodjes die ik bij de bakker in Bullay had gehaald. Daarna vulden we de thermosfles met heet water en pakten de rest van de spullen in, waarna we op de fiets vertrokken naar Bullay. Na een kwartiertje bereikten we het station. We kochten kaartjes voor de reis naar Cochem en gingen naar het perron.
Met de trein naar Cochem
Na een enkele minuten kwam de trein. Zoals we eerder hadden gezien waren er enkele coupés ingericht voor het vervoer van fietsen. We zetten de fietsen in de trein en na een vermaning over de boordomroep dat ze niet in het portaal mochten blijven staan reden we weg, met de fietsen op de juiste plaats gestald.
Het ritje naar Cochem nam maar acht minuten in beslag doordat de trein een tunnel inreed, waardoor ongeveer 20 kilometer bochten in de Moezel werden afgesneden. In Cochem laadden we de fietsen uit en gingen op zoek naar de uitgang. Net als in Bullay moesten we even met de lift, waardoor we gemakkelijk op straatniveau uitkwamen.
Buiten het station smeerden we ons in tegen zonnebrand omdat we lange tijd in de buitenlucht zouden zijn en het behoorlijk zonnig was.
Vertrek vanuit Cochem
We stapten op de fiets en reden in de richting van het centrum waar we gisteren gelopen hadden. Ook nu waren er veel mensen op de been, vooral in de omgeving van de brug over de Moezel die toegang geeft tot het centrum van de stad.
We reden langs de linkeroever stroomopwaarts en de eerste kilometers zagen we het landschap dat we gisteren vanaf de boot hadden gezien. Zolang we in de bebouwde kom reden was het druk met fietsende toeristen. Dat verminderde aanzienlijk zodra we buiten de stad kwamen. Aan beide kanten van de Moezel werd volop gefietst. Het was dan ook prachtig weer voor een fietstocht: droog en een aangename temperatuur.
Valwig met de Herrenberg
Het eerste dorp op de tegenoverliggende oever dat we passeerden was Valwig. Gisteren hadden we dit karakteristieke dorp met de bakstenen kerk vanaf de boot gezien en nu fietsten we er tegenover voorbij.
Boven Valwig zagen we het weggetje omhoog slingeren het Moezeldal uit en even voorbij het dorp werden we geattendeerd op de Valwigger Herrenberg. De grote witte letters met de naam van de betreffende berg zagen we overal langs de Moezel. Op de etiketten van de wijnen wordt dezelfde naam dan met trots vermeld. De wijnen van zo’n specifieke berg worden niet vermengd met wijnen van lagere of minder steile wijngaarden, maar gelden als een specialiteit van dat deel van de Moezel.
Met de pont naar Beilstein
We fietsen verder op het fietspad aan de linkeroever van de Moezel en kwamen het plaatsje Ernst voorbij. We volgden de enorme bocht die de Moezel hier maakt en bereikten de sluis Fankel. Niet veel verder kwamen we bij Ellenz-Poltersdorf, waar we serieus op zoek gingen naar een restaurantje waar we zouden kunnen lunchen. Het bleek dat er nog niet veel restaurants open waren. De enige keuze die we hier hadden zou een Imbiss zijn, een soort cafetaria met een overdekt terras.
Omdat we dachten dat er nog wel iets beters zou komen, besloten we een eindje door te fietsen. Dat bleek niet tevergeefs te zijn. Na een kleine 200 meter stuitten we op een pontje dat ons over zou kunnen zetten naar Beilstein, dat zeer idyllisch op de andere oever van de Moezel lag.
Hoewel we van plan waren om voorlopig aan deze kant van de Moezel te blijven aarzelden we niet lang en lieten ons voor een gering bedrag samen met diverse andere fietsers overzetten.
Beilstein bleek een aantrekkelijk historisch centrum te hebben, waar we even wat rondliepen. We aten lunch op een terras aan de Moezel en keken ondertussen naar de drukte die toeristen daar teweegbrachten. Een rondvaartboot uit Cochem legde aan en liet een heleboel mensen van boord gaan. Na een halfuur vertrok het schip weer, nadat er een heleboel andere mensen aan boord waren gegaan.
Van Beilstein naar Kloster Stuben
Na de lunch stapten we weer op de fiets en besloten niet terug te varen maar op de rechteroever van de Moezel te blijven. We hadden al ontdekt dat het niet zoveel uitmaakt aan welke kant van de rivier je fietst. Op beide oevers liggen vrije fietspaden en het uitzicht is eigenlijk altijd mooi, waarheen je ook kijkt.
We fietsen langs Briedern en Mesenich, twee dorpen tussen de wijngaarden op de rechteroever van de Moezel. Daarna kwamen we bij Senheim, waar we per ongeluk bijna de brug opreden. We keerden om en reden door het dorp verder langs het water. Nu kwam er een onverhard deel van het pad. Gedurende behoorlijke tijd reden we over bredere en soms smalle onverharde paden. Wijngaarden zagen we daar niet, de oever was hier rijk begroeid met bos en plantengroei. Met trapondersteuning bleek dit prima te doen, maar op een gewone fiets zou dit wel wat extra inspanning gevergd hebben.
Het was niet druk op dit pad, maar we hebben toch diverse fietsers gezien die ook voor deze mooie route kozen in plaats van het pad dat een stuk hoger op de heuvel ligt. We kwamen tegenover Ediger-Eller, een tweelingdorp zoals we er meer hebben gezien. Daar hadden we een mooi uitzicht op het fraaie torentje en op diverse schepen die over de Moezel voorbij voeren.
De Moezel is bevaarbaar tussen Koblenz, waar de rivier in de Rijn stroomt en de Franse havenstad Neuves-Maisons ten zuiden van Nancy. Gedurende onze midweek zagen we dan ook met regelmaat grote binnenvaartschepen voorbijkomen.
Hierna werd het pad steeds beter en het duurde niet lang voordat we weer wijngaarden zagen. Daarna kwam Kloster Stuben in zicht.
Van Kloster Stuben naar Merl
Kloster Stuben bleek de ruïne van een kloosterkapel te zijn, die midden tussen de wijngaarden tegenover Bremm en niet ver van Neef ligt. Door het woorden Stuben waren we op het verkeerde been gezet en dachten we dat er sprake zou zijn van een horecagelegenheid. Zo te zien werd er in de ruimte wel eens iets georganiseerd, maar vandaag was alles gesloten en konden we alleen van buitenaf naar de resten van het klooster kijken.
We dronken koffie in de schaduw van de oude muur, met uitzicht op de wijnhellingen boven Bremm aan de andere kant van de Moezel. We zagen overal mensen lopen op de helling. Later bleek dat hier mooie wandelingen te maken zijn met een wisselende moeilijkheidsgraad.
Na deze pauze stapten we weer op de fiets en reden verder tot we bij Neef de volgende sluis tegenkwamen. Deze sluis heette Schleuse St. Aldegund, naar het dorp dat aan de overkant van de rivier lag.
Bij alle sluizen is een stuw in de Moezel gebouwd, zodat het waterpeil stroomopwaarts gereguleerd kan worden. De sluis bevond zich aan de andere kant van de rivier, wij reden vlak langs de stuw heen. Het was nu niet ver meer naar Bullay.
Het laatste stuk konden we niet vlakbij het water fietsen, maar liep het fietspad vlak langs de spoorbaan. Zo bereikten we Bullay, vanwaar het nog een minuut of twaalf fietsen was over een inmiddels bekende weg tot we ons appartement in Merl bereikten.

Zum Alten Bahnhof, Zell
Vanavond besloten we opnieuw in Zell te gaan eten. We hadden onze keuze op Zum Alten Bahnhof laten vallen. Dit restaurant stond op het lijstje in ons appartement en de beoordelingen op Google waren positief. We reden naar Zell en parkeerden vlakbij het restaurant aan de Moezel.
Het terras zat vol mensen en de enkele lege tafel die daar nog stond was gereserveerd. Binnen bleek nog een tafel beschikbaar te zijn, waar we neerstreken en binnen redelijke tijd een heerlijke maaltijd voorgeschoteld kregen.
Na het eten reden we even omhoog naar de wijk Barl, die hoog boven de Moezel op een plateau ligt. We tankten benzine bij Globus, dat een enorme vestiging heeft op dit plateau. Daarna reden we even verder naar Marienburg, een voormalig klooster, vanwaar we een prachtig uitzicht hadden over de Moezel in het avondlicht.
Toen was het tijd om terug te gaan naar Merl en na te genieten van deze prachtige dag.